zondag 3 januari 2010

Everything is miscellaneous, of de kracht van het niet classificeren.



In de kerstvakantie eindelijk de kans gezien om het boek "Everything is miscellaneous" van David Weinberger te lezen. Heel leesbaar en verplicht leesvoer voor iedereen die zich met ontsluiting van informatie bezighoud. Dus als er nog mensen op zoek zijn naar een goed voornemen: neemt kennis van dit boek.

Weinberger geeft aan dat de meeste door bibliotheken gebruikte (classificatie-)systemen uit de 19e en 20e eeuw komen en voorzagen in het streven om alle informatie op te bergen op een plaats die uniek was om het zodoende handig terug te kunnen vinden. Dewey en het hiervan afgeleide SISO zijn hiervan voorbeelden en er zijn/waren specialisten nodig om de boeken in de juiste categorie in te delen.

In de nieuwe (digitale) wereld is het niet meer nodig om informatie precies te rangschikken, het is beter om informatie op zoveel mogelijk plaatsen op te bergen. In de beeldspraak van Weinberger probeerden we (de bibliotheekmedewerkers) eerst het blaadje aan precies de goede tak te hangen terwijl in de digitale wereld het blaadje aan juist zoveel mogelijk takken moet hangen. De context zorgt dan wel voor de juiste betekenis. Hier zijn ook geen specialisten meer voor nodig, iedereen is in staat om de betekenis die iets voor hem heeft in één of meer tags vast te leggen.

Daniëlle heeft aan dit boek al eens een uitgebreide blogpost gewijd. Ook het blog van David Weinberger everything is miscellaneous is zeer de moeite waard.

2 opmerkingen:

  1. Grappig, gisteren werkte ik een interview met Keen uit, voor digbib en bij het terugluisteren van de opnames viel me pas op hoe negatief keen over Weinberger oordeelde. Eerder mocht ik weinberger interviewen samen met Jan Klerk en die sprak net zo over Keen. Ze vinden elkaar wel aardig, maar voor de rest.

    Hoewel Keen me uiteindelijk meeviel kan ik je wel zeggen dat ik Weinberger veel hoger heb zitten. Hij heeft een fascinerende kijk op de dingen.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Keen en Weinberger zijn toch niet echt met dezelfde zaken bezig? In elk geval gaat EIM vooral over ontsluiting terwijl Keen meestal meer een punt maakt van het privacy-gebrek.
    Keen heb ik nooit gelezen, in Tegenlicht (uit mijn hoofd-misschien heette het anders) vond ik hem sterk. Op NVB in november sprak hij zichzelf tegen en vond ik eigenlijk dat hij meer bezig was om een imago (van tegendraadsheid) te koesteren in plaats van een mening uit te dragen. Ben benieuwd naar je interview!

    BeantwoordenVerwijderen